Het verleden laat zich niet verdringen. Bij de twaalf hedendaagse indianen in het debuut There There van Tommy Orange zit hun verleden vol miskenning en geweld diep in hun genen.

door THEO HAKKERT

Tegenwoordig gaan mensen op reis om nieuwe herinneringen op te doen. Alsof de oude niet volstaan of in het gebruik versleten zijn geraakt. Of dat ze er te weinig hebben. Het kan ook zijn dat ze de oude herinneringen hopen te verdringen.
Alleen die laatste soort laat zich niet zo snel wissen. Het is alsof ze juist meer leven krijgen iedere keer wanneer je hoopt een herinnering verdrongen te hebben. Hup, daar is -ie weer. Had je er maar niet aan moeten denken.

In de twee delen van het autobiografische drieluik van Deborah Levy – deel 3 is nog in de maak – probeert zij haar jeugd achter zich te laten. Alleen nieuwe herinneringen graag, aan de oude heeft ze een hekel. Haar jeugd was een leven in Zuid-Afrika, waar haar vader toen zij 4 jaar was werd opgepakt omdat hij zich bij het ANC verzette tegen de Apartheid. Pas jaren later zag zij hem weer en hij haar. Het gezin vertrok snel naar Engeland, waar bleek dat het huwelijk van haar ouders al te zeer onder het verleden had geleden.

Deborah Levy wijdt opvallend koele passages aan het gestrande huwelijk van haar ouders. Ook dat moet een oude herinnering blijven. Nieuwe moeten het worden, maar of je dan wel schrijver moet willen worden? Niet iedere schrijver hoeft te putten uit de haast clichématige goudmijn van een slechte jeugd. De kans is groot dat de gedachten onwillekeurig teruggaan naar tijden die je hoopt achter je te laten.

Wat ze onbesproken laat, omdat het haar niet achtervolgt, is afkomst. Natuurlijk wordt haar wel eens gevraagd, zeker de eerste jaren in Engeland, waar ze vandaan komt. Ze wil dan geen ‘Zuid-Afrika’  antwoorden omdat daarmee haar hele verleden met al die ongewenste herinneringen wakker wordt.

Waar kom jij vandaan? Deze vraag, de vraag naar afkomst, krijgen op enig moment alle personages in There There, het debuut van de Amerikaanse schrijver Tommy Orange voor de kiezen. Er is iets in hun uiterlijk of gedrag dat de vraag oproept. Het zijn indianen.
Bestaan die dan nog? Hoe romantisch, is in veel gevallen de reactie van onwetende passanten die er een leuk onderwerp in zien om straks thuis bij de koffie even te noemen. ‘Goh, wat mij is overkomen! Ik zag een indiaan.’

bank-square-books-tommy-orange-interview
(Tommy Orange, rechts. foto Bank Square Books)

Indianen zijn er nog. Het zijn geen verre afstammelingen, nee, ze zijn gewoon de zoveelste generatie. Een generatie die zich heeft aangepast aan een leven in Amerika buiten de reservaten. Na de urban cowboy is er nu de urban indian, en het is Tommy Orange die ze een stem geeft in een debuut dat zich moeiteloos schaart onder de grote Amerikaanse debuten van deze eeuw.

Waar kom ik vandaan? De vraag stellen de personages in There There ook zichzelf. Of preciezer: wie ben ik? Ieder van hen krijgt van Orange een moment dat ze voor de spiegel staan en zichzelf deze vraag stellen. De grote Edwin Black, de schuchtere Orvil, Jacquie Red Feather, de alcoholiste die elf dagen zonder is – voor alcoholisten is dat een jaar zegt ze.

Ze hebben allemaal, ook alle anderen, twaalf in totaal, die afkomst in zich, waar die ook zit. Verborgen, latent, prominent – alles komt voor. In het bloed, in het hart, in de genen of nog dieper. Orvil bijvoorbeeld weet niets van zijn komaf, bij hem zit het ’t diepst verborgen. Maar waarom wordt hij dan zo geraakt door het geluid van de drum bij een indianendans? Waarom leert hij zichzelf deze dansen aan door ze te bestuderen via YouTube?

Zo hebben ze alle twaalf hun reden zich te verheugen op de powwow die voor het eerst in Oakland zal worden gehouden. Een powwow is een feestelijk culturele bijeenkomst van Native Americans waar ze dansen, praten, feesten en ideeën uitwisselen. Waar ze in vol ornaat, met veren getooid en met beschilderde gezichten elkaar zien en hun cultuur en afkomst vieren, ook nu deze generatie inmiddels een bestaan in de stad heeft weten op te bouwen.

Dit is het grote dilemma in deze roman: waar ben je jezelf nog als de historie wil dat je van het land en de prairies bent, terwijl je tegelijkertijd opgaat in het stadsleven van Amerika in de 21e eeuw?
Wie ben ik? Ze vragen het voor de spiegel – en een aan haar reflectie in een autoruit – en krijgen geen antwoord. Of herkennen ze het antwoord niet als ze hun kleding passen. Wie zich ook uitdost voor de powwow, de kleren passen niet. Ze zijn te krap of te groot of – en dit kennen we allemaal – ze zitten niet lekker. Maar in plaats van ze terug te leggen in de kledingkist op zolder doen ze het er maar mee. Niemand die de tekens ziet, de symboliek.
Orange schrijft: ‘They all need to dress up like Indians too’. Ze zijn het pas als ze aldus herkenbaar zijn. Wat te denken zou moeten geven. Wat Orvil niet wil beseffen: hij moet zich verkleden om indiaan te zijn.
Waar Wim Kok ooit zijn ideologische veren afschudde en daarmee een punt zette achter zijn verleden en dat van zijn partij, moeten de indianen in There There bij wijze van spreken hun veren er weer aan schudden om zichzelf te zijn en aansluiting te houden bij wat hun volk kenmerkt en gemeen heeft.

De levens van de indianen laten het niet toe dat ze een punt achter hun verleden of dat van hun voorouders kunnen zetten. Anders dan Deborah Levy probeert het ‘reservaat’ Zuid-Afrika achter zich te laten, proberen de indianen in There There een vorm te vinden waarin verleden en heden elkaar niet uitsluiten. Niet te veel blijven hangen in het verleden, zeker ook niet met het gewicht van al dat geweld van de blanken waarmee ze indianen hebben trachten uit te roeien. Maar ook dit verleden niet willen ontkennen. Ze willen wel ook een groep blijven, mensen met een gedeelde identiteit. Een onderling erkennen van elkaars wortels en gedeelde pijn door de eeuwen heen.

lorie-schaull-dansende-indiaan
foto Lorie Schaull

Om dat groepsgevoel te vieren komt er die eerste powwow in Oakland. De een gaat er naar toe met weinig hoop en vindt dan haar moeder terug. Zelf is ze al 42. Een ander wil laten zien dat hij de traditionele dansen kent. Weer een ander omdat haar neefjes gaan.
Maar er zijn er ook die denken dat er geld te halen valt en weten met 3D-geprinte pistolen de bewaking te omzeilen, de kogels hebben ze al over het hek van het honkbalveld dat als manifestatieveld dienst doet gegooid.

Het is de cynische boodschap van There There dat de indianen die zich het scherpst van hun afkomst hebben losgesneden een slachting aanrichten onder hun eigen groep met dezelfde middelen als eeuwen geleden de ‘pioniers’.

De opbouw naar deze onontkoombaar finale is geheel volgens het boekje. In korte hoofdstukken komen de levens en verledens van de twaalf personages aan bod, wat Orange ruim de gelegenheid geeft de slachtingen, het onrecht, de discriminatie, maar ook de onderlinge ruzies en het misbruik te etaleren. De hele tijd is er die beat van de indianendrum die pulseert in het bloed. En de harde feiten waar in de vertelling geen plek voor is, geeft hij in een Proloog en Interlude, waar ze een koele, woedende ondertoon meekrijgen.

Wat There There onderscheidt van andere grote Amerikaanse debuten is precies deze woede, deze drang om met deze roman de indianen een plek te geven in de literatuur. De persoonlijke betrokkenheid van Tommy Orange, ‘enrolled member of the Cheyenne and Arapaho Tribes of Oklahoma’, is voelbaar in elke passage en geeft de roman een unieke urgentie.

Tommy Orange: There There
294 p’s. Knopf
Vertaling verschijnt begin 2019 bij Meulenhoff Boekerij

Deborah Levy: Things I Don’t Want to Know
163 p’s. Penguin
The Cost of Living
187 p’s. Hamish Hamilton

 

foto Lorie Schaull