Vorig jaar april somde ik nog eens een aantal, voornamelijk Britse schrijvers op wier werk niet meer wordt vertaald. Onder hen Jon McGregor, maar hulde voor Nieuw-Amsterdam dat McGregors Costa-prijswinnende roman Reservoir 13 nu in vertaling heeft uitgegeven. Hier een licht herziene ‘herdruk’ van de recensie.

door Theo Hakkert

Wat  zou het een verademing moeten zijn een roman te treffen waarin een gemeenschap centraal staat. Waarin geen hoofdpersoon in traditionele zin voorkomt, maar mensen, veel mensen.
Het draait in Reservoir 13, het vijfde boek van Jon McGregor, om die gemeenschap en hoe die omgaat met de verdwijning van een 13-jarig meisje, het dochtertje in een gezin dat er in december op vakantie is. Ze is weg. Iedereen helpt zoeken. Is ze ontvoerd? Is ze in de ruwe natuur verdwenen, heeft ze een been gebroken, is ze in een put of een reservoir gevallen?
Opeens is de wereld zo groot. De gemeenschap is klein en hecht, maar bij een verdwijning ervaart iedereen hoe groot het landschap rondom eigenlijk is, hoe veel mogelijkheden er zijn weg te geraken. Nog los van de mogelijkheid van een ontvoering.

Na tien pagina’s is het al april. Wie dan nog de hoop koestert het meisje levend aan te treffen in een grot, put of ruïne heeft een wel heel optimistisch karakter. Het zoeken gaat door, maar het leven ook. En dat is waar deze roman over gaat, deze schitterende roman van Jon McGregor. (Tussen haakjes: hij won in 2o12 de IMPAC voor zijn derde roman, Even the dogs. De roman is niet eens vertaald.)

 

chris-boland-jon-mcgregor
(Jon McGregor. Photo by Chris Boland / www.chrisboland.com )

Wat McGregor doet is ijzerenheinig doorgaan met registreren en vertellen wat er in zo’n dorp omgaat en wat de blijvende gevolgen van de verdwijning zijn. Het leven gaat door, maar dan zoals The Eagles hebben bezongen: like a broken down carrousel.
Niets is nog hetzelfde. De donkerte is duister geworden, er is altijd een verdenking, een vermoeden, een gerucht. Er is de praktijk. Hoe om te gaan met de ouders? Hoe lang blijven ze? Hoe lang moet de gemeenschap zorg blijven dragen voor hen? Mag er weer eens feest worden gevierd? De middenstand wil wel weer iets verdienen. En als de gemeenschap geen schuld treft – en waarom zou dat zo zijn? – waarom dan zo lang geleden, zo veel ingetogenheid betracht? Het schuurt zacht, dan weer hard, dan weer zacht, maar hoe dan ook schuurt het.

En al die tijd is er de natuur. Vogels, vleermuizen. Als tekens? Als medestanders? Als entiteiten? Bloeiende planten, stervende bomen. Het leven gaat door. De natuur die op repeteren staat, de impulsieve mens,  bij wie geweld nooit is uit te sluiten. Wat is het ritme dat de gemeenschap tegenover de onverstoorbaarheid van de natuur zet?
Dertien jaar omspant deze roman, die is geschreven in dat natuurlijke ritme. Niet oordelend; tonend, registrerend.  Niet overdrijven, niet hineininterpretieren.

McGregor is een van die auteurs met zin voor avontuurlijke literatuur, voor het zoeken naar die ene vertelwijze die achter en onder en in het dna van het verhaal, de plot en de ideeën zit.  Fascinerende tijden, fascinerende auteurs, fascinerende literatuur.

Jon McGregor: Reservoir 13.
Vertaling: Marijke Versluys
Nieuw-Amsterdam, 22,90 euro

foto Peter Roome

 

Bekijk en luister naar een fragment, voorgelezen door Jon McGregor
https://www.youtube.com/watch?v=9JYpcNfWAzo