Met De avond is ongemak heeft Marieke Lucas Rijneveld een roman geschreven die thuishoort in het rijtje van de beste debuten. Een akelig precieze beschrijving van de ontwrichting van een gereformeerd boerengezin, maar niet zonder licht en humor.

door
Theo Hakkert

De voortekenen bedrogen niet. In Trouw stond een prachtig interview, van Arjan Visser, met schrijver en dichter Marieke Lucas Rijneveld (26). Openhartig, warm, lucide, nogal onalledaags komt ze daaruit naar voren. Een gesprek  over afkomst, religie, het gevoel nog altijd in het vagevuur tussen kind en volwassene te verkeren, over de onzekerheid of zij/hij vrouw of man is – vandaar, sinds enige tijd, die dubbele voornaam.

Het is gemakkelijk lijnen te trekken tussen wat ze (daar houd ik het voor nu op) Arjan Visser vertelt en wat ze de lezer van De avond is ongemak voorschotelt. Er lopen directe lijnen tussen de autobiografie, zoals ze die in Trouw vertelde (daargelaten of het naar waarheid is) en de roman. Beelden en anekdotes, maar ook denkwijzen uit haar leven, keren, al dan niet in gewijzigde vorm, in de roman terug. Het is een roman tenslotte, een gemodelleerde en gestileerde werkelijkheid.

Ja, Marieke Lucas Rijneveld heeft een broer verloren, maar dat is totaal anders verlopen dan de dood van Matthies, de oudste broer van Jas Mulder, de verteller in de roman. Matthies gaat schaatsen, rijdt in een wak en verdrinkt. Het boerengezin stort daarna tergend langzaam in elkaar. Vader en moeder kunnen het verlies van hun oudste kind, beoogd opvolger, niet verwerken. Hun luiken op de werkelijkheid sluiten zich. De beklemmende, zuurstof onttrekkende omgeving van het gereformeerde dorp helpt ook al niet. Dit is het land van zwijgen en dragen.

Jas Mulder is de dochter die het aanschouwt en probeert te verklaren. Een meisje, net als de schrijver, dat zweeft tussen kind en volwassene. Als verteller past ze in de lange lijst met ‘kinderhelden’. Wijs voor hun leeftijd, een wijsheid hun toebedeeld door de schrijver die over de roman regeert, zo niet alwetend dan toch zeker veelwetend. Er zijn romans met vroeg-wijze kinderen die onuitstaanbaar zijn, maar Rijneveld heeft de juiste dosering gevonden. Momenten van volwassen levenservaring wisselen af met kinderlijke fantasieën.
God zal wel op zolder wonen, want naar zolder mogen Jas, en haar zusje Hanna en broer Obbe niet.
In de kelder zullen vast Joden wonen, want waarom zou moeder daar steeds voedsel naar toe brengen? Jas is nogal bezig met de oorlog, meer precies met Hitler, want ze is net als hij op 20 april geboren  – net ook als Marieke Lucas Rijneveld.
De schrijfster is van 1991, Jas ook. 46 Jaar na de dood van Hitler, schrijft ze op een gegeven moment. Openingszin: ‘Ik was tien jaar en deed mijn jas niet meer uit’. Het boek zou dus moeten spelen rond 2001/2002. Met nadruk noemt ze Google, de zoekmachine die in 2002 een Nederlandse versie kreeg. Maar inbellen, zoals in de roman beschreven staat, deden we dat nog in 2002? Afijn, ze weet het vast nog.

Het gezin verpulvert, het gezin stort in elkaar, haast in slowmotion. De ouders ontgaat wat hun kinderen bezighoudt, hoe ze ontsporen. Deze ontsporing gaat gepaard met nare experimenten met dieren, seks en vernedering. Waarbij de vraag blijft of een vader- dan wel moederhand dit had kunnen voorkomen.

Jas is Jas, omdat ze om zichzelf te beschermen tegen gevaren van buiten altijd haar jas aanhoudt – de beginzin. Soms breekt ze uit die cocon, maar vooral zit ze in haar eigen hoofd. Of, beter gezegd: vanuit haar hoofd observeert ze en ze luistert heel goed. Naar de gesprekken van de ouderlingen met de ouders, waar ze natuurlijk niet bij mag zijn. Ze kijkt, combineert, deduceert, fantaseert.

Het gereformeerde geloof had met Franca Treur en Maarten van der Graaff (Wormen en engelen) al de herintrede gedaan in de letteren. Het mag geen verwondering wekken dat Marieke Lucas Rijneveld Jan Wolkers als inspirator noemt – het geloof, de dieren, het onverbiddelijke, de explosie aan rijke taal ook. De avond is ongemak past in dit rijtje en voert het aan, met kop en schouders boven de rest.
Daarnaast zou ik, zonder de religieuze kant, het werk van Sabine van den Berg willen noemen, waarin machtsverhoudingen tussen dochters en vaders al net zo op scherp staan als in dit debuut van Marieke Lucas Rijneveld. Ik denk met name aan Sabine  van den Bergs Dingen die niet mogen, waarin om en om een moeder en een dochter naar de andere gezinsleden van een boerengezin kijken. Naar de nurkse vader bijvoorbeeld. En ook dat temidden van dood (moord), vergankelijkheid, seksualiteit. Het zou op dezelfde boerderij kunnen zijn.

De avond is ongemak doet pijn, soms wil je naast de pagina’s kijken, maar de precieze stijl, met die ondanks de duisternis der harten zo lichte toon, haast tintelend zelfs, houdt je bij de les. Dit is een groots debuut. Toen A.F. Th. van der Heijden debuteerde (als Patrizio Canaponi), schreef De Revisor op het omslag: ‘een prozadebuut van formaat’. Het is een stempel waarmee voorzichtig moet worden omgesprongen. Maar haal het inktkussen maar voor de dag. De avond is ongemak hoort bij die zeldzame debuten. Denk aan Blauwe maandagen, denk aan De wetten, misschien aan De avonden zelfs (de dromen, de nietigheid, het verval).

Marieke Lucas RijneveldDe avond is ongemak
271 blz. 19,99 euro
Atlas Contact

foto Macchi