Recensie: Haro Kraak - Lekhoofd

 

Vincent van Gogh werd door zijn pianoleraar voor gek versleten omdat hij de tonen van de piano vergeleek met Pruisisch blauw, donkergroen en oker. Franz Liszt riep tegen zijn orkest: ‘Heren, een beetje meer blauw alsjeblieft!’ Billy Joel zei dat hij bij het schrijven van liedjes de kleur van de klinkers moest volgen. En ook Marilyn Monroe, Eddie van Halen en Tori Amos hadden lekhoofden, waarin letters kleuren hebben, woorden een smaak en zintuigen in elkaar overvloeien.

Synesthesie.

Als Noah Kremer, de jongen waarom het draait in Lekhoofd, de debuutroman van Volkskrantjournalist Haro Kraak, eindelijk ontdekt dat dat het is waaraan hij ‘lijdt’, smaakt het woord naar stof. Je zou hem een betere smaak gunnen.

En als hij er achter komt dat hij bij lange na niet de enige is met synesthesie, is hij verongelijkt. ‘Een aansteller, die Billy. Het was duidelijk: dit waren pretentieuze eikels. Alsof hun inspiratie goddelijk was en zij slechts een doorgeefluik.’

Tegen die tijd leven we al een tijdje mee met de 14-jarige outsider en weten hoe zijn brein werkt. In Lekhoofd hebben we de ontdekking meegemaakt. Als het boek begint zit Noah in de eerste brugklas van de middelbare school. Tot dan heeft hij er nooit over nagedacht dat de wereld op een bijzondere manier bij hem binnenkomt. Zijn letters zijn niet zwart op wit, maar hebben kleuren. Mensen duidt hij aan de hand van hun geur. En woorden hebben een smaak, soms prikkelend en mooi, soms ongelooflijk smerig, zoals synesthesie naar stof smaakt. Niks bijzonders. Dat heeft iedereen, toch?
Wanneer Noah op idiote manier kennis maakt met Teun van een klas hoger, start deze met haast wetenschappelijke precisie een groot onderzoek naar het brein van Noah. Ze worden ontdekkingsreizigers van de zintuigen. Dat ze allebei tonic ervaren als bitter, betekent niet dat ze hetzelfde proeven. ‘Door jou ben ik er achter gekomen dat ieder mens de wereld anders ziet.’
Ze zijn pioniers, hebben een missie, en dat bindt hen in vriendschap. Haro Kraak laat de lezer langzaam en gedetailleerd lezen wat dat nu eigenlijk is, synesthesie.
Het moment dat Noah een naam vindt voor zijn ‘aandoening’, valt samen met de aanslag op de Twin Towers. Noah struint het internet af en stuit op synesthesie, precies wanneer het vliegtuig de eerste wolkenkrabber binnendringt. De wereld verandert definitief, net als het leven van Noah nooit meer hetzelfde zal zijn.

9/11 is vaker gebruikt om een grote omslag te markeren. Maar Haro Kraak gebruikt het niet alleen het moment als metafoor, hij maakt ook duidelijk dat Noah een eenling is. Terwijl de hele wereld druk is met iets anders, ontdekt Noah zichzelf. Hij is daarmee op zichzelf teruggeworpen. Uiteindelijk staat hij er helemaal alleen voor, zoals iedereen er misschien helemaal alleen voor staat.

Haro Kraak heeft in zijn debuut Lekhoofd een interessant thema te pakken. De leeftijd van zijn hoofdpersoon is goed gekozen. Het begin van de puberteit gaat synchroon met de ontdekking dat er onderscheid is tussen jou en de ander.
Kraak weet te fascineren, maar krijgt het niet helemaal voor elkaar Noah dichtbij te laten komen. Noah blijft op afstand. Zoals zijn vriend Teun hem het onderwerp van onderzoek maakt, is Noah een vis in een ronde kom. Soms sta je even oog in oog met hem, maar dan verdwijnt hij weer achter een waterplant. Contact is er nooit echt. Daarvoor is Lekhoofd te vaak doorspekt met wetenschappelijke feitjes en gedachten die we al eerder hebben gelezen.
Kraak heeft een prettige stijl, het begin is er. Nu verder.

Haro Kraak: Lekhoofd
236 blz. €19,99.
Atlas Contact