De roman A Separation van Katie Kitamura is vol van afwezigheid. Lege hotels, vermiste mensen, gesprekken zonder woorden.
Een jonge vrouw, woonachtig in Londen, wordt door haar schoonmoeder gebeld. Of ze weet waar haar zoon is, de echtgenoot dus? De vrouw moet het antwoord schuldig blijven, want ze leeft al een half jaar gescheiden van haar man. Ze hebben echter besloten dit vooralsnog aan niemand te vertellen.
Precair en gênant. De moeder weet wel ongeveer waar hij zit, want hij heeft haar verteld dat hij voor research naar Griekenland zou gaan.
Pijnlijk: hij heeft zijn moeder verteld dat zijn vrouw mee zou gaan.
Nadat de moeder heeft uitgevist in welk hotel haar zoon zit – hij heet Christopher – vindt ze dat de echtgenote hem moet opzoeken. Niemand krijgt hem te pakken. Er moet iets aan de hand zijn.
De jonge vrouw besluit te gaan. Dan kan ze Christopher laten weten dat het tijd wordt de echtscheiding af te ronden. In het hotel is hij niet. Er is helemaal geen gast. Er loopt alleen personeel rond.
Vervolgens ontspint zich een bijzonder spel van kijken en bekeken worden. De jonge vrouw heeft al snel door dat Maria, de receptioniste, haar man heel goed kent, intiem waarschijnlijk. Uit de reactie van Maria op het gegeven dat ‘de echtgenote’ is gearriveerd, maakt ze op dat Christopher een affaire met Maria is begonnen, of op z’n minst een slippertje heeft gemaakt. Het verontrust haar amper; ze is zijn ontrouw wel gewend. Het zou haar meer verbaasd hebben als Christopher geen poging had gedaan.
Waar is hij? Zijn kamer is een zootje, zijn afwezigheid een raadsel.
Afwezigheid is een centraal thema in deze subtiele roman. Niet alleen Christopher is afwezig, ook haar nieuwe man, Yvan, krijgt de lezer niet te zien. Ze voeren twee telefoongesprekken. De omgeving is leeg, het hotel is leeg. Geen toerist te bekennen. Er is een kerk met fresco’s; het gebouw is leeg verlaten.
De jonge vrouw – ergens in de dertig? – is de verteller. Wat ze met name goed kan, is observeren. Een hoogtepunt van de roman, een van de vele overigens, is een lange passage in het hart van de vertelling waar ze van een afstand een gesprek volgt tussen Maria en Stefano, die ook voor het hotel werkt en een aantal keren als chauffeur optreedt. De afstand is te groot om het gesprek te kunnen horen. Pagina na pagina beschrijft Kitamura de lichaamstaal, de gebaren, de woede, het onbegrip, de ruzie, de misverstanden tussen Maria en Stefano. Ook een vorm van afwezigheid, en een voorbeeld van dat andere overheersende thema: van de onmogelijkheid tot echt contact tussen mensen. Het speelt op alle niveaus.
Hoe Katie Kitamura – 38, een Amerikaanse van Japanse komaf – het woordeloze gesprek tussen Maria en Stefano afsluit en laat overgaan in de volgende scene, is zo prachtig. Stefano loopt op de vertelster af. Hij zegt iets tegen haar. Maar voordat de lezer die woorden te ‘horen’ krijgt, wordt verteld hoe zijn stem klinkt, en hoe zijn vloeiende taalgebruik bijdraagt aan zijn masculiene imago. Het is daarna alsof de simpele, totaal overbodige mededeling ‘I came here looking for you’ het doek van de stilte verscheurt.
De hele tijd hangt een lichte zweem van suspense boven het verhaal. Het lege hotel, de rommelige kamer, de heidebranden rond het hotel, de haast onverantwoordelijke zwemtocht die de vrouw maakt, de lege kerk, de geruchten over verre dorpen, de enkele melding dat Christopher ergens met een vrouw zou zijn gezien.
En dan wordt hij dood gevonden. Vermoord.
Zijn we dan toch in een thriller beland? En wordt die thriller dan niet verteld door de vrouw met de beste motieven? Christophers ontrouw, zijn vreemde wens dit aan niemand te vertellen. Hij is er al een maand en hij wordt vermoord juist in de dagen dat zij er is. De Griekse politie heeft overduidelijk geen zin in de zaak. Het is een lege wereld, hier op de Peloponnesos, maar er zijn veel misdaden. Je vraagt je af door wie die dan worden gepleegd.
De ouders komen. Alleen zij zijn fanatiek, zij willen weten wie de moord heeft begaan, dringen aan op onderzoek. Ook zij komen op geen enkel moment op het idee dat hun schoondochter goede motieven zou hebben. Of was het Stefano? Ruimde hij Christopher uit de weg, dan kon hij wellicht Maria’s hart veroveren.
A Separation is geen thriller en wordt het ook niet. Al is die suspense wel lekker. Katie Kitamura heeft een ongekend subtiele roman geschreven, op onnadrukkelijke wijze bluft ze met een verhaal dat de wenkbrauwen doet fronsen. Die bluf gaat gepaard met grote precisie in de beschrijvingen. Wellicht maakt ze wat te vaak gebruik van gedachtestreepjes. Veel alinea’s beginnen met een vaststelling of beschrijving, die nader wordt uitgelegd, genuanceerd of van achtergrond voorzien door een toevoeging tussen streepjes. Aan de andere kant geeft dit een fijne cadans.
Hier een voorbeeld, dit is hoe de vertelster Maria, haar rivale ziet.
‘As I continued observing her, I could see that although she was not pretty—her features were too heavy to be described in such conventional terms, they were very expressive, which was generally not considered appealing in a woman’s face (hence the mania for treatments like Botox, for face creams that promised to freeze the features into youthful immobility; it was more than the mere pursuit of youth, it arose out of a universal aversion to a woman’s propensity to be expressive, to be too much)—she was alluring, undoubtedly so.‘
Het spel met afwezigheid, leegte, eenzaamheid en verwondering plaatst Kitamura’s schitterende roman (haar derde) op één lijn met het recente werk van Rachel Cusk. Die blik op de wereld, die weliswaar precies lijkt maar nooit de kern volledig pakt, en zo vol verbazing zit. Dat delen hun boeken.
Als roman over overspel, de hinderlijke trucs die liefde met ons uithaalt, de onmogelijkheid tot wezenlijk contact, zou het verhaal van A Separation zo in een oude of volgende roman van Jens Christian Grøndahl kunnen komen of terugkeren.
Wat goed!
Katie Kitamura: A Separation
229 blz.
Profile Books/The Clerkenwell Press