‘Hét fictieve evenement van het jaar’, jubelde de mede-organisator van tevoren. Alsof het om Soldaat van Oranje 2.0 ging. VersTwee ging kijken of de presentatie van literair tijdschrift Arabesk (jaargang 49) inderdaad fictief was. En inderdaad, pure fictie, maar levensecht.
De eerste die ik boven tegenkom is Auke Hulst. Hij heeft last van zijn rug. De oorzaak, denkt hij, is het snookerspel. Vroeger in Groningen gingen daar vele uren aan op – hij deed ook wel eens pool, die tafels zijn kleiner, dan hoef je als speler niet zo ver te reiken. Hij is opnieuw begonnen. Drie uur heeft hij proberen te potten. Tja.
Ook Simone Atanga Bekono komt een vriendelijke hand geven. Zij en Auke smoezen een weinig.
Auke had ik het al gevraagd. Ik vraag het ook haar. Ze knikt. Of knikt Auke in naam van haar, kan ook. Later treedt ze op en draagt voor, dus het klopte sowieso.
Het gekke is dat ik ze van naam ken, hun echte namen, maar niet van hun onechte. Want die hebben ze ook, en wel sinds de roman Het archief is verschenen, geschreven door Thomas Heerma van Voss.
Thomas is er ook. Net als Daan Stoffelsen. Dat laatste is minder ongewoon dan het eerste, want Daan werkt hier. Hier is de Athenaeum Boekhandel aan het Spui, waar we bij deze gelegenheid op uit kijken. Het Lieverdje druipt nog na de regenbui van net. Het zaaltje is prachtig en alleen via kruip-door, sluip-door te bereiken, maar dan heb je ook wat en op tafel staan koude blikjes Grolsch – ze leren het wel, de Amsterdammers.
Op Daan lijkt een leidend figuur in Het archief gebaseerd, namelijk Koen Koole. De overeenkomsten zijn nogal pregnant, maar een sleutelroman mag het niet heten, benadrukte een medewerker van uitgeverij Das Mag maandag op de Indiebeurs (van uitgeverijen die niet in een concern zitten), waar op de stand van Das Mag alleen Het archief en Arabesk lagen.
Arabesk? Ja, Arabesk, het literair tijdschrift waar het in Het archief over gaat. Waar Pierre Rosenau – hij deelt zijn geboortejaar met Thomas Heerma van Voss, maar dat doen er wel meer – redactielid van wordt. Niet onvermeld mag blijven dat Thomas en Daan samen lang in de redactie van De Revisor hebben gezeten – maar Het Archief is fictie en een sleutelroman is het dus niet.
Alles is fictie, behalve dat de roman en het literair tijdschrift bestaan. Zo ook de auteurs die hun medewerking hebben verleend aan dit nummer – ik meende te horen dat het de laatste van de 49ste jaargang was. Oude nummers zijn niet op te vragen. Dit voor wie inmiddels nieuwsgierig is geworden.
Een blik in de lijst met auteurs leert dat het opvallend veel namen zijn die ook in Het archief worden genoemd. Dus de fictieve schrijvers hebben een bijdrage ingestuurd voor dit bijzondere nummer.
Maar dan gebeurt het. Simone Atanga Bekono treedt naar voren – ik verraadde het al – en leest een bijdrage voor uit Arabesk. Maar haar naam komt er niet in voor, dus daar staat ze andermans inzending voor te lezen. En waarom Iduna Paalman ‘een kleine vlek’ voorleest van Lisa Leder van Biessum is een raadsel. Kon Lisa zelf niet?
Het eerste verhaal in Arabesk lijkt uit de jongste roman van Rob van Essen te komen – een brug, een cirkel, G.B.J. Hiltermann, maar Rob is er niet en het verhaal wordt ook niet voorgelezen.
Theodor Holman is er wel – we komen subiet te spreken over de dag dat we in Londen allebei een interview hebben gedaan met de Bee Gees – maar hij draagt niets voor.
Ook Renee van Marissing kijkt toe. Vriendelijk lachend. Zou zij ook een pseudoniem hebben nu?
Dus wat hebben we? Een roman waar schrijvers in voorkomen die allemaal fictief zijn, maar wel echte schrijvers zijn, want ze staan vanaf nu in Arabesk en Arabesk bestaat, althans dit nummer. Als fysiek vast kunnen houden het criterium is in deze laatste dagen van het begrip ‘bezit’, dan bestaat Arabesk.
Om het feest der fictie helemaal over the top duizelingwekkend te maken overkwam Thomas Heerma van Voss, toen hij met Daniel van der Meer (van Das Mag, maar ze hebben samen ook uitgeverij Babel & Voss) in de sportschool was, iets opmerkelijks. Een jonge man kwam bij hem en zei dat hij Het archief aan het lezen was. Author meets reader in the gym, jawel! En de onbekende heer zei dat hij Arabesk zou gaan bestellen. Want dat kan met een bon achterin het boek.
Ik (en anderen met mij, veronderstel ik) zou graag willen weten wie Thomas (en Daniel) deze poets heeft gebakken. Ik zou beginnen bij de fictieve schrijvers in Het archief, want of ze niet bestaan of wel is sinds deze week niet helemaal zeker.
Het lezen van dit stuk duurt langer dan de hele ceremonie. Maar een momentje in de literatuurgeschiedenis was het zeker.
Ooh, de roman Het archief gaat in feite en qua dieper Idee helemaal niet over een literair tijdschrift, maar over de band tussen vader Rosenau en zoon Pierre. Maar dit terzijde.
Thomas Heerma van Voss: Het archief
Arabesk. Een verademing in de digitale wereld.
Beide uitgaven: Das Mag