The Analogues houden er na 10 jaar mee op. Deze week waren ze daarmee ook voor het laatst in Hengelo. De Hengelose Schouwburg was voor de groep een piketpaal op hun wereldreis met de muziek van The Beatles die The Fab Four zelf nooit live hebben gespeeld. ‘We bedenken wel wat anders.’

Ze hadden ook gewoon een laatste rondje kunnen maken, een weinig plichtmatig zelfs, maar dat was The Analogues te min. Ze zijn geen Jantjes van Leiden. En terecht. Nog één keer domweg de zalen af met nog eens weer Let It Be en Abbey Road, niet voor het eerst. Nee, er moest iets extra’s.

En zo stond vóór het gesloten doek een basale opstelling van een rock-’n-roll bandje. Drums op een rond podium. Een Vox-versterker. Een drietal microfoons. Alles stond klaar voor de Beatles-muziek die – ook wel aardig om op te merken – zelfs The Analogues zelf nooit live hebben gespeeld. De groep heeft zich tien jaar geconcentreerd op het uitvoeren – niet coveren; uitvoeren – van alle studioplaten van The Beatles die John, Paul, George and Ringo niet op een podium hebben uitgevoerd. Liever ‘klooiden ze maar wat aan’ in de studio. Geen optredens, maar van de studio een instrument maken, zo konden ze in belachelijk korte tijd van een leuke beat-groepje uitgroeien tot de grootste muziekvernieuwers van de jaren 60 en wellicht zelfs de vorige eeuw – al is er natuurlijk ook een andere lijn in de pop en rock aan te wijzen, die bijvoorbeeld voortborduurde op wat Velvet Underground heeft aangericht.

Toch waren ze ook als beat-groepje erg goed. Beatlemania ontstond niet pas bij Sgt. Pepper’s Lonely Hearts Club Band. Om het publiek op te warmen met die vroege muziek, waarvoor The Analogues zelf te oud zijn – ze weten nog dat ze ’s nachts voor de platenwinkel bivakkeerden om Sgt. Pepper’s meteen te kunnen kopen – werden heuse audities gehouden om te komen tot The Young Analogues. Zo’n 40 jonge muzikanten en musici kwamen er op af en zo stonden vier jongemannen zes nummers uit begin jaren 60 te spelen. Van Help! tot Twist and shout. Gewoon lekker. Slimme koortjes, lekkere gitaarlijntjes, prima zang.

We waren warm voor The Analogues.

Het oeuvre was door de groep opgesplitst in vijf albums. Revolver en Sgt. Pepper’s, The White Album (omdat dat een dubbele is) en Let It Be en Abbey Road, die weliswaar in omgekeerde volgorde verschenen, maar qua opname klopte deze chronologie. En Abbey Road is gewoon veel en veel beter dan Let It Be. Een concert moet wel met het hoogtepunt eindigen.

Gevolg daarvan was wel dat het begin niet zo interessant was. Het klonk ook niet zo goed, deze keer in Hengelo – weinig ‘laag’ – maar de mindere kwaliteit van de songs was daar ook mede debet aan.

Muzikaal klopte het allemaal als de spreekwoordelijke bus. The Analogues hebben door de jaren heen de uitvoering – niet het coveren, het uitvoeren – van 97 songs geperfectioneerd. Ze spelen het exact na. Geen capriolen, geen rockconcert dat naar een finale toewerkt, geen uit de bocht vliegende solo’s – nee, alles volgens het originele recept.

En laten we er niet lacherig over doen of het afdoen als een gebbetje. Wat The Analogues hebben gedaan was van wereldniveau, klaar. Ze hebben dat gedaan op authentieke instrumenten en apparatuur om ook zo het geluid van The Beatles zo dicht mogelijk te benaderen, dit alles financieel veiliggesteld door Fred Gehring, oud-CEO van Tommy Hilfiger. Hij financierde de boel en speelde eerst zelf mee op drums, maar hij kreeg last van tinnitus. Anderen namen zijn plaats in. En naast een drummer is er percussionist Leon Klaasse.

Hadden The Beatles dan een percussionist? Nee, en blazers hadden ze ook niet, en geen strijkers of toetsenisten. Maar die staan wel op de platen en om dat allemaal te kunnen uitvoeren – niet coveren; uitvoeren – stonden op een gegeven moment twintig muzikanten op het podium.

Was het mooi? Het was prachtig. Don’t let me down werd nog gespeeld, het nummer dat om onverklaarbare redenen niet op Let It Be terecht is gekomen, als bonus, en verder bleef het keurig binnen de lijntjes van de twee albums.

Al moest er na Abbey Road en het ovationele applaus wel een toegift komen. Daar was op gerekend. Het werd The Ballad of John and Yoko, aangekondigd als de laatste samenwerking tussen Lennon en McCartney.

The Analogues en Hengelo namen afscheid van elkaar. De band is uit-uitgevoerd. Wat de muzikanten gaan doen? ‘We verzinnen wel iets nieuws’, sprak Bart van Poppel, gitarist, toetsenist, zanger, bassist – want zo was het ook: rond de instrumenten was het een snelle stoelendans, iedereen bespeelde zo ongeveer alles – behalve het aambeeld, dat was alleen voor Leon Klaasse. BANG BANG, Maxwell’s silver hammer. Een mooie avond, alweer, maar een keer – en die keer is nu – is het voorbij.