‘The Seasonal Quartet’ worden ze genoemd, de vier romans die Ali Smith tussen 2016 en 2020 schreef. ‘Op de huid van de tijd’, want niet eerder waren romans zo brandend actueel. Met Companion Piece voegde ze een coda toe aan het kwartet. Ook in Gliff, het eerste deel van een nieuw tweeluik, zijn sporen van de serie terug te vinden, ook al speelt de roman in wat de nabije toekomst kan zijn.

‘When we all lived together in a whole other story’. Het zinnetje staat er achteloos, als achteloos in de literatuur bestaat.
‘Toen we allemaal samenwoonden in een heel ander verhaal’ – zo is het vertaald door Karina van Santen en Martine Vosmaer voor de Nederlandse uitgave van Gliff, de nieuwe roman van de Schotse schrijver Ali Smith (62).

Dat ‘ander verhaal’, dat doet het ‘m.
Opeens schuift Ali Smith een gordijntje opzij en lijkt ze een directe verwijzing te maken naar de wereld van haar vier romans waarin ze Brexit, corona en al die andere turbulenties van die jaren, van 2016 tot 2020, bij elkaar heeft gebracht in een bezield verband. Hoe het allemaal van invloed was op families, gezinnen, buren, kennissen, het land – en hoe dit kleine dan weer in relatie stond tot wat er gebeurde in de wereld, die steeds ongrijpbaarder en onbegrijpelijker werd. Een ongeëvenaarde prestatie.

Over hoe ze al die verhalen bijeen geschreven heeft, zei ze bij haar uitgever Penguin: ‘It was a case, from Brexit to Covid, of watching how the narratives that get called news, by which we understand and try to assimilate what’s happening to our lives in the world, reached us, and in what form, in what mode of language, and with what purpose. And if we see what happens, however destabilising or unsteadying or steadying or impactful as a form of narrative, then we can start to read it, and reading is everything.’

Dystopie op de humus van de reeks

‘Samenwonen in een ander verhaal’, dat gebeurde in de vier romans. In Gliff kan daar op worden teruggekeken omdat deze roman speelt in een duistere toekomst die zeer aanstaande lijkt. In de wereld van Gliff kennen de personages die van het romankwartet nog heel goed.

Het is er allemaal niet beter op geworden, Ali Smith heeft hier de actuele tijd, waar ze zo dicht op zat als geen andere schrijver eerder was gelukt, verlaten voor de dystopie van overmorgen. Een dystopie die niet van de ene op de andere dag is ontstaan, maar zich ontwikkeld heeft, uiteraard. Deze duisternis is gegroeid op de humus van de tijd die ze heeft beschreven in The Seasonal Quartet.

Twee kinderen komen op een dag thuis en zien tot hun grote verbazing en schrik dat op de grond rond hun huis een rode verfstreep is getrokken. Een teken dat te vergelijken is met een stip op een boom die geveld gaat worden. Dit huis zal de bulldozer krijgen. Wat hebben ze misdaan, waarom is hun huis met rood omcirkeld? Het gezin heeft zich niet aangepast, het nieuwe bewind niet erkend. Voor ‘het systeem’ zijn ze ‘unverified’.

Tijd om te gaan, vindt Leif, de vriend van hun moeder. Maar even later is hij ook weg en staan Briar, de jonge, mannelijke verteller en zijn jongere zus Rose er alleen voor.

Woorden doen er toe

Op diverse plekken en momenten doet Gliff denken aan Prophet Song, de Booker Prize-winnende roman van Paul Lynch. Als het bijvoorbeeld gaat over het belang van een paspoort en hoe bij elkaar te blijven in een samenleving die steeds beklemmender en strenger wordt. En waar net als Leif personages verdwijnen voor altijd. Smith weet het iets luchtiger te houden met name door de heerlijk kinderlijke Rose. De vragen die kinderen stellen, de uitweg die ze vaak zien, de geitenpaadjes geven vaak lucht. En verhalen. En zeker ook in woorden.
Ali Smith is een meester in het spelen met woorden, het uitdiepen ervan. Ze laat zie hoeveel betekenissen een woord kan hebben en wat de consequenties zijn van het omarmen van de andere betekenis. Niet voor niets is het belang van de bibliotheek in dit boek zo groot. En van de grote verzameling woordenboeken die er staat. Alleen al gliff – een fantasiewoord in feite – kan tientallen betekenissen hebben. In Autumn schreef ze: ‘Words were stories in themselves’.

Gliff is te beschouwen als deel 6 van de serie

‘Toen we allemaal samenwoonden in een heel ander verhaal’. In haar kwartet liet Ali Smith personages uit de ene roman terugkeren in andere om zo een web te bouwen. Zo kwam Elizabeth uit Summer, de vrouw die bij haar 103-jarige buurman op bezoek gaat en in gesprek blijft, terug in Winter
Een oude vrouw die niet meer praat, in Gliff is het een meisje dat nooit iets zegt. Haar eerste woord: horse. Enzovoort.
De tekening van de karakters en vooral ook de verhoudingen binnen gezinnen is terug te vinden in Gliff. Briar en Rose zijn kinderen van de tijd uit het kwartet. En zo is Gliff, als we Companion Piece als deel 5 accepteren, een zesde deel, met inachtneming van het feit dat dit in de toekomstige tijd speelt.

Als deze roman zoiets als een boodschap heeft is het dat we ons hebben uitgeleverd aan de technologie, wat dus al in het verleden is gebeurd. Aan internet, aan bankpassen, aan systemen waar al onze gegevens in staan, aan social media, datacentra, aan schermen en hoe die tentakels hebben tot in het oneindige van het web. De lijst vult een hele pagina. Kom daar weer eens vanaf. Radicaal uitloggen is de enige mogelijkheid.

Acht jaar geleden zei ze: ‘The future of literature is always anchored in its past, and especially in the way that the contemporaneous, the present, becomes past immediately on publication. Above all, books make books. They make the books that come after them possible, in reaction to, in agreement and in disagreement with what’s gone before, formally and conceptually’.
Zo bezien is het logisch dat de reeks doorklinkt in Gliff. Alleen is daar nu de toekomst bij gekomen. Ali Smith gaat die toekomst met verve te lijf.

Ali Smith: Gliff. Penguin.
Vertaling door Karina van Santen en Martine Vosmaer. Prometheus.

Foto Chris Boland. www.chrisboland.com