Recensie: Marijke Schermer - Noodweer

 

Neem een grote groep mensen, haal iedereen die extreem is er tussenuit en middel wat over is. De gemiddelde mens is te berekenen.
Zo, als gemiddeld mens, probeert Emilia te leven. Ze heeft een goede baan als socioloog en statisticus, is getrouwd met de arts Bruch en samen hebben ze twee kleine zoontjes. Het gaat goed met Emilia en Bruch. Ze hebben Amsterdam verruild voor een oud huis aan een rivier, ergens in de provincie en hebben een rijk leven. Ze zijn gelukkig. Ogenschijnlijk gelukkig. Over hun leven ligt een stolp. Hun huwelijk is een schuilplaats waarin alles normaal moet lijken.

Meteen, op de tweede bladzijde van Noodweer, als Emilia en Bruch een toneelstuk van een bevriend regisseur hebben gezien, toont zich een spoor van oneffenheid. Emilia loopt het balkon van de schouwburg op als iemand haar van achteren benadert, zijn handen over haar gezicht vouwt en haar ogen dichtdrukt. Het is een grap – raad eens wie ik ben? – ze had het kunnen weten. Maar achter haar ogen vindt een ontploffing plaats, er is een vlam van panische angst en ze valt flauw.
Emilia’s extreme reactie is niet alleen voor de lezer een signaal. Het rakelt bij de hoofdpersoon een gebeurtenis op die twaalf jaar eerder plaatsvond, toen ze Bruch net had leren kennen. In haar huis wordt ze op afgrijselijk gewelddadige wijze overvallen en verkracht.
Ze is zwaar toegetakeld. Gebroken kaak, gebroken vingers, vel van haar dijen. Een week in het ziekenhuis is niet genoeg om te herstellen. Drie maanden doet ze erover voor haar lichaam weer ‘de oude’ is. En in de eerste week laat ze Bruch weten dat ze hem niet wil zien. Ze heeft tijd nodig om na te denken, is de enige verklaring die ze haar prille lief geeft.
Dan, na die maanden, pakt Emilia de draad weer op. Ze gaat naar Bruch en vertelt hem niets, zoals ook hij haar geen vragen stelt. Ze bouwen – alsof er geen pauze is geweest – een relatie op. Een leven. Een leven met een leugen die op de achtergrond raakt als de tijd verstrijkt.

Wat Marijke Schermer doet in Noodweer, is ongelooflijk. Het verhaal – in taal die stroomt en vloeit en raakt – wordt steeds beklemmender. Stukje bij beetje dringt binnen wat er eigenlijk precies gebeurd is, twaalf jaar geleden. Het voorval in de schouwburg van Amsterdam heeft iets in gang gezet dat onomkeerbaar is. Steeds vaker denkt Emilia terug. Niet alleen haar gedachten gaan terug naar het moment waarop ze werd gemolesteerd, ook haar lichaam weigert intimiteit.
Emilia heeft kansen genoeg om ook nu, twaalf jaar later, Bruch te vertellen wat er is gebeurd. Maar toen besloot ze verder te leven alsof er niets was gebeurd. Misschien omdat ze dacht dat het beginnende geluk er niet tegen bestand zou zijn, misschien omdat ze vindt dat ze het niet hóeft te vertellen.
Met die beslissing lijkt het voor altijd te laat. Als ze het nu zou vertellen, zou het niet meer gaan over de impact van de gewelddadige verkrachting, maar over andere vragen. Waarom heeft ze het toen niet verteld? En waarom nu wel, ineens?
Ze heeft besloten het te negeren. Ze wil leven als gemiddeld mens, al heeft ze niet bedacht dat dit de consequentie van haar keuze is.

Tot het einde toe probeert Emilia te geloven dat haar keuze een goede is geweest. ‘Wat een waanzinnige gedachte was dat geweest om het alsnog te vertellen’, bedenkt ze als er wéér een moment is gepasseerd. ‘Het zou alles uit balans brengen en het zou ontzettend veel inspanning kosten om de dingen daarna weer in evenwicht te krijgen’.
Ze zoekt uitvluchten, zoekt afleiding. Afleiding in de valium die ze bij haar broer – psychiater Jacob – vindt, afleiding in een glas wijn. Afleiding in de gedachte dat nog een baby goed zou zijn voor hun relatie. Het zou een nieuw begin zijn, denkt Emilia ergens.

Steeds weer zou je Emilia willen toeschreeuwen: vertel het gewoon. Alsof dat een oplossing zou zijn.
Oplossingen worden in Noodweer niet gegeven. Daar is Marijke Schermer niet naar op zoek. Ze is een schrijver van vragen. Kun je leven met een groot geheim? Is een relatie daartegen bestand? Moet je alles van elkaar weten om gelukkig te kunnen zijn? Of bestaat een goede relatie ook als de een volstrekt autonoom wil zijn?

Dat spiegelt ze prachtig in de natuur. Het huwelijk van Emilia en Bruch wordt niet alleen van binnen, maar ook van buitenaf bedreigd. Het water in de rivier waaraan hun huis ligt, stijgt met iedere zin die Marijke Schermer schrijft. En zo bereikt het water ook hun veilige huis, de stolp waaronder ze leven. Het water is in staat alles weg te spoelen.
Ondertussen zet Marijke Schermer ons ook op het spoor van Quetelet, de eerste wetenschapper die statistische methoden in de sociale wetenschappen toepaste. Zijn ‘gemiddelde’ mens is een optelsom van alle mensen die naar het gemiddelde neigen, de extremen zijn buitenboord gezet.
Bruch had haar weggelokt van de extremiteiten. Maar leven naar het model van het gemiddelde, dat lukt Emilia uiteindelijk niet.

Marijke Schermer: Noodweer
159 blz. €17,50
Van Oorschot