Recensie: Marjolijn van Heemstra - En we noemen hem

Er is een zegelring, er zijn muggen, er is een oud familieverhaal dat moet worden uitgezocht en er is de druk van tijd. Negen maanden, veertig weken, die beginnen in week dertien, als ‘de onzekere weken’ voorbij zijn en de hoofdpersoon en haar vriend D voor het eerst serieus durven te denken aan de komst van een baby. Die baby moet een naam krijgen.
‘Overduidelijk een zoon’, riep de echoscopist. Dus zal het Frans worden, zij weet het zeker. Frans Julius Johan, geen twijfel. Vernoemd naar bommenneef, een verre oom van Marjolijn van Heemstra, die En we noemen hem schreef.

Van bommenneef is alleen dit verhaal bekend: hij is het brein achter de Sinterklaasaanslag waarbij kort nadat de Tweede Wereldoorlog ten einde is drie ‘foute Nederlanders’ om het leven komen. Het maakt hem tot de held van de familie. Marjolijn krijgt als ze achttien is de ring van bommenneef doorgegeven, die hij toen hij zijn einde voelde naderen naar haar oma stuurde met de opdracht hem te schenken aan een toekomstige naamgenoot in de familie. Dus is ze, als de kans op een nakomeling met de dag groter wordt, stellig. Haar zoon zal niet alleen Frans heten, hij zal ook het heldenverhaal en het heldendom van Frans van Heemstra erven.
D vindt Frans geen geschikte naam voor zijn nog ongeboren zoon; hij had altijd gedacht dat Marjolijn niet serieus was over de vernoeming. Bommenneef was een leuk verhaal voor spreekbeurten op de basisschool, of later voor feestjes met veel bier en lach, maar geen verhaal voor een kind dat er echt gaat komen. Voor een mens dat zal bestaan.

En daar ontspint zich niet voor het eerst in dit wonderschone debuut een prachtige redenering: groeit een mens naar zijn naam toe, of zal een naam uiteindelijk altijd passen? Zoals een leren schoen zich naar de voet vormt. Of is de naam de voet en vormt de mens zich eromheen?
‘Maar je weet bijna niets over hem’, probeert D nog. ‘Ik weet weinig ja. Maar ik ga het uitzoeken.’
En dat is precies wat Marjolijn van Heemstra doet. Haar zwangerschap staat volledig in het teken van een bomaanslag op 5 december 1946. Als het aftellen naar de veertig weken is begonnen, besluit ze de spiegelgladde mythe te ontrafelen. En we noemen hem is het rijke verslag van haar zoektocht.

Een zoektocht waarvan het einde eigenlijk al bij voorbaat vaststaat. Bommenneef moet als doelwit voor zijn als sinterklaassurprise verpakte bommen drie verraders op het oog hebben gehad. Dat je niet moet zoeken als je wilt dat een perfecte held perfect blijft, komt geen moment in haar op.
Toch zijn er signalen. Naarmate de zoektocht naar het ware verhaal van bommenneef en de aanslag op de vermeende foute Nederlanders mondjesmaat stukjes verhaal oplevert, verschijnen er barsten. De romancier Marjolijn van Heemstra kondigt ze prachtig aan.
Er is een zegelring die begint te knellen. Naarmate haar lichaam zwelt verschuift de ring van bommenneef langzaam van haar middelvinger naar haar pink, waar hij op het laatst nauwelijks nog omheen past.
Ook de muggen geven te denken. Er is een plaag, het worden olifanten, er wordt bestreden en gestreden, gemept, geëlektrocuteerd, een klamboe gekocht, een bestrijdingsdienst ingeschakeld; de insecten lijken aan de winnende hand. Voor elke dode mug komen er tien in de plaats. ‘Je moet de oorzaak aanpakken’, is het verhelderende inzicht van het tweede legioen bestrijders, dat op zoek gaat naar een logische bron van de plaag.

Ondertussen zijn er filosofische kwesties te over, die ook al niet helpen. ‘Misschien hoeven de verhalen die we onszelf vertellen niet volledig te zijn, als ze ons gelukkiger maken, vertrouwen geven in onszelf en de mensheid. Waarom dan zeuren over details?’, vraagt ze zich ergens af.
Er schiet haar een tel later een fragment uit Het goede verhaal van Coetzee te binnen. ‘Daarin stond dat wij mensen zoveel waarde hechten aan de volledige waarheid, hoe lelijk die ook is, omdat we ervan overtuigd zijn dat het leven volgens een bepaalde dramaturgie verloopt. (…) We zoeken het drama om het vervolgens te kunnen overwinnen.’ Maar het leven is geen roman. ‘Duizenden dingen worden verdrongen, gladgestreken en vergeten zonder dat iemand er maar een seconde van wakker ligt.’ Prachtig hoe ze de redenering vervolgens ‘drog’ maakt door te constateren dat er geen enkele noodzaak is om de volledige waarheid in kaart te willen brengen.‘Tenzij je er een roman van wilt maken.’
En zo is het voor deze roman, want dat is het, noodzakelijk dat de waarheid en niets dan de volledige waarheid aan het licht komt. Maar wat is de waarheid? En uit hoeveel kanten kan ‘waarheid’ bestaan? Uit hoeveel perspectieven kan waarheid worden bekeken?

In haar zoektocht geeft Marjolijn van Heemstra de slachtoffers van de bomaanslag van 5 december 1946 een naam en een gezicht. Dat ze daarmee bommenneef van zijn sokkel trekt, doet haar even zoveel pijn dat ze de handdoek in de ring wil gooien. Maar ze moet, de tijd dringt, een baby moet geboren en de baby moet een naam krijgen. Dus vraagt ze zich ondertussen ook af welke toekomst de moeder van bommenneef voor zich zag voor haar zoon. Zeker niet die van een meervoudig moordenaar, toch? Zoals ook Marjolijn van Heemstra zelf een gouden toekomst voor haar baby droomt.
En dan gaat ze de lastige lijn naar het heden niet uit de weg. Hoe verhoudt zich vermeend heldendom in de Tweede Wereldoorlog tot de terroristische aanslagen van nu? Het is een dun, kort lijntje in En we noemen hem, maar een die ertoe doet.

Marjolijn van Heemstra speelt een ingenieus spel met de waarheid. Een roman bijvoorbeeld, kan de waarheid bevatten, maar dan in georganiseerde vorm. Ergens vertelt ze dat ze de ontdekkingen die ze deed heeft verspreid over de weken die ze aftelde naar de geboorte van haar zoon. Gewoon omdat het beter past. En daarmee trekt ze ook een grens tussen fictie en geschiedschrijving. Waar ze hier over schrijft, mag uit stukjes waarheid bestaan, het is gerangschikt, gestileerd en naar haar hand gezet. Een zeer fraaie hand.

Uiteindelijk rest ons dit: De waarheid is niet meer dan een verhaal dat je kiest. Een verhaal dat uiteindelijk misschien meer over jezelf vertelt dan over de waarheid. Een verhaal is soms te mooi om waar te zijn.
Zoals je een naam voor een baby kiest. D de achternaam, zij de voornaam, dat was de deal. Krijgt de baby een verhaal of krijgt het een naam die hij naar zijn voet moet zetten?
Hoe de zoon van Marjolijn van Heemstra en D van achteren heet, kunnen we hier wel vertellen. Maar wat uiteindelijk zijn voornaam is geworden, daarvoor moet je En we noemen hem toch helemaal uitlezen, en nog verder dan dat. Maar het antwoord op die vraag zal er uiteindelijk niets meer toe doen.

Marjolijn van HeemstraEn we noemen hem.
19,95 euro. Das Mag.

foto Jack Mottram