Voltaire liet Candide zeggen: ‘Il faut cultiver notre jardin’ en dat brengt Cees Nooteboom op het idee de tuin van zijn huis bij het dorpje Sant Lluis op het Spaanse eiland Menorca een plek te geven in het boek met aantekeningen dat hij van 1 augustus 2014 tot 15 januari van dit jaar bijhoudt. Zo is het boek zo recent dat hij zelfs nog kan bespiegelen op de dood van David Bowie, begin dit jaar.
‘Tijd leek geen vat op Bowie te hebben, wie voortdurend iemand anders voor anderen is kan niet als zichzelf oud worden, zodat je bijna niet weet wie er gisteren is gestorven.’

533 dagen zijn het. En daarvan is dit een dagboek zonder dat het een dagboek is. Dus bedenkt hij ongeveer halverwege het woord dagenboek. 533. Een dagenboek.
Pas als hij – onverhoopt – een keer over politiek schrijft, plaatst hij een datum bij de stukken. Verder gaat het, om met een boektitel van Jeroen Brouwers te spreken, over datumloze dagen.
Op die dag, 22 februari 2015, legt Nooteboom ook uit wat zijn bedoeling was. Hij zou een Diario Novo schrijven, maar die term is Spaanse noch Italiaans, en ook al niet, wat hij had gehoopt, Portugees.

‘Het is zelfs de vraag of dit eigenlijk wel een dagboek is, misschien eerder een dagenboek, iets om af en toe iets te behouden uit de stroom van wat je denkt, wat je leest, wat je ziet, zeker geen boek voor bekentenissen. Leitmotiv was Il faut cultiver notre jardin tot ik begreep dat het eerder mijn tuin was die mij iets leerde, een lange zomer op een eiland geeft daar ook aanleiding toe, weg van de vaderlandse actualiteit, je opbergen en leven met boeken en muziek, met de landschappen en zeegezichten van een eiland. Als je lang geleefd hebt, wordt veel onbelangrijk, je hebt veel wereld gezien (…), de wereld wordt opdringerig en vraatzuchtig, je zou je als een oude Japanner in een of ander klooster willen terugtrekken, maar de wereld wil nog van alles van je.’

Mikel López González Donostia Kultura
(foto: Argazkilaria/Fotógrafo: Mikel López González)

Het citaat kan tevens dienstdoen als staalkaart van de stijl waarin Nooteboom deze aantekeningen heeft vervat. Lange zinnen, in fraaie cadans. Zorgvuldig, maar weer niet zo zorgvuldig dat er geen drie keer ‘iets’  vrij dicht bij elkaar staat. Wat bevestigt dat het aantekeningen zijn en geen korte essays of pogingen tot columns.

De wereld van de 533 dagen is inderdaad opdringerig. Via het net en de kranten weet de actualiteit tot achter de cactussen in Nootebooms tuin door te dringen. De onderhandelingen met Griekenland over de aflossing  van de staatsschuld onder andere. De vluchtelingencrisis ook. Wat, hoe wrang ook, de mooiste aantekening oplevert. ‘Probeer uit de wereld weg te blijven, de wereld haalt je in’, zo begint nummer 65, een schokkend mooi hoofdstuk over het aangespoelde jongetje Aylan Kurdi. Hij koppelt dit gruwelijke beeld aan een schilderij van Jeroen Bosch: De heilige Christoforus. Met de reus Reprobus die een kind vindt aan de oever van een rivier en denkt dat het naar de overkant wil.

Zo werkt de geest van Nooteboom. Telkens weet hij koppelingen te maken tussen natuur en cultuur, tot actualiteit en kunst. Of hij nu op Menorca is of in Zuid-Duitsland waar hij de winter doorbrengt. Nooteboom overwintert in winterse sferen en is in de zomer op het hete eiland.

In zijn tuin staan cactussen. Hij is bijkans jaloers op hun eigenzinnigheid en charisma. Ze zijn altijd hun raadselachtige zelf, cactussen laten zich niet kennen, hoeveel eigenschappen hij van ze weet te achterhalen.
Nooteboom is al net zo op zichzelf en liefst houdt hij de actualiteit buiten de deur. Maar wanneer een Belgisch dagblad opschrijft dat hij zich eens wat met de wereld zou moeten inlaten, wekt dat toch zijn woede. Dat is namelijk precies wat hij altijd heeft gedaan, mogelijk meer dan iedere andere auteur uit het taalgebied. Hij was in Teheran, hij was in Berlijn toen de muur viel, hij was inderdaad heel vaak op plekken in de wereld die rond zijn bezoek in brandhaarden veranderden.

Uiteraard zit er veel literatuur in 533. Een dagenboek. De klassiekers en veel Europese  literatuur. Zijn stukken over Hongaarse schrijvers maken benieuwd. Miklós Szentkuthy? En zo leiden en verwijzen goede boeken altijd naar volgende.

Cees Nooteboom: 533. Een dagenboek
266 blz, 19,99 euro (hardcover met omslag)
De Bezige Bij

Foto cactus: Harry McGregor